Een laag twee-netwerk is er een met één beheerrouter en de gehele rest van de structuur bestaat uit apparatuur zoals een switch, CPE in een brug en bereikt zo de eindklant. Met deze structuur genereer je een zeer laag beveiligingsniveau en het gegenereerde uitzendverkeer.
Zeggen dat een netwerk zich op “laag 2” bevindt, betekent dat het opereert op de datalinklaag van het OSI-model (Open Systems Interconnection). Dit model is een conceptuele referentie die de functies van een telecommunicatienetwerk in zeven abstracte lagen verdeelt om te helpen bij het ontwerp en de implementatie van onderling verbonden communicatiesystemen.
De datalinklaag is de tweede laag van dit model.
Belangrijkste functies van laag 2:
- Inlijsten: De datalinklaag is verantwoordelijk voor het omzetten van de onbewerkte bitstroom van de fysieke laag (laag 1) in data-eenheden die frames worden genoemd. Deze frames bevatten hardwareadressen (zoals MAC-adressen op Ethernet-netwerken), waardoor gegevens naar het juiste apparaat binnen een lokaal netwerk kunnen worden geleid.
- Mediatoegangscontrole (MAC): Deze laag definieert hoe apparaten op hetzelfde fysieke netwerk toegang krijgen tot de transmissiemedia en met elkaar communiceren. Dit omvat protocollen die botsingen voorkomen en de toegang tot het gedeelde medium beheren, zoals CSMA/CD op Ethernet of CSMA/CA op Wi-Fi.
- Detectie en eventueel correctie van fouten: De datalinklaag kan fouten in ontvangen gegevens detecteren door gebruik te maken van redundantiecontroles, zoals CRC (Cyclic Redundancy Check). Sommige Layer 2-protocollen kunnen deze fouten ook corrigeren zonder dat hertransmissie nodig is.
- Stroomregeling: Voorkomt dat de zender de ontvanger in één keer met te veel gegevens overbelast.
Voorbeelden van Layer 2-technologieën:
- Ethernet: Het is de meest gebruikte Layer 2-technologie in Local Area Networks (LAN).
- PPP (punt-tot-puntprotocol): Gebruikt op directe verbindingen tussen twee knooppunten.
- Frame Relay en ATM (asynchrone overdrachtsmodus): Voorheen populaire Layer 2-technologieën voor Wide Area Networks (WAN).
Belang van laag 2:
De datalinklaag is cruciaal voor het tot stand brengen en onderhouden van betrouwbare communicatie via een fysiek netwerk. Netwerken die op Laag 2 opereren, kunnen switches en bridges gebruiken om verkeer te segmenteren, de prestaties te verbeteren door botsingsdomeinen te isoleren en de veiligheid te verhogen door VLAN's (virtuele LAN's) en toegangscontroleprotocollen te implementeren.
Samenvattend: wanneer wordt gezegd dat een netwerk zich op “laag 2” bevindt, betekent dit dat het protocollen en technologieën gebruikt die werken op de datalinklaag van het OSI-model, wat essentieel is voor de effectieve levering van gegevens in een netwerk. netwerk.
Er zijn geen tags voor dit bericht.